zondag 10 april 2016

Trip 51: Willebroek GB, Mechelen Communal Cemetery, BMB Lier, Silsburg Deurne GB, Cantincrode (Krijgsbaan) Civil Cemetery, Berchem (Antwerpen) Communal Cemetery & Schoonselhof Cemetery.

Datum : 11/04/2016
Begraafplaatsen : Willebroek Communal Cemetery, Mechelen Communal Cemetery, Belgische Militaire Begraafplaats Lier, Silsburg (Borgerhout) Communal Cemetery, Cantincrode (Krijgsbaan) Communal Cemetery, Berchem (Antwerpen) Communal Cemetery, Schoonselhof Cemetery.
Afstand : 257 Km
Weer : Zonnig
Deelnemers : Stuart Jervis, Alec Jervis, Serge De Cremer en Kurt van Looke
Volgers : Daphné Vangheluwe, Suzy Vlaminck, Fairley Jervis, Siobhàn De Cremer, Danielle Rouroeks, Patrick Verhaeghe, Jeroen Cools, Charles De Cremer, Ian Roofthooft en Lydia Loots.



Info :

Onder een stralend zonnetje en fris windje toen ik vroeg in de ochtend naar de bakker om de sandwiches op te halen waarmee ik niet veel later ons lunchpakket klaarmaakte voor onze 25ste tocht met Pipers Remembering WWI. Een rit waar we beiden toch een beetje naar uitkeken, alle begraafplaatsen lagen in de buurt van Antwerpen wat erop neer kwam dat we waarschijnlijk wel enkele extra pipers en volgers zouden hebben. 



Mooi op tijd vertrokken we over de expresweg richting Antwerpen. Onze eerste stop voor vandaag was de begraafplaats van Willebroek waar we het Militaire Ereperk zouden bezoeken. Groot was onze verbazing toen we arriveerden en er de wagen parkeerden en het aantal volgers voor vandaag opmerkten. We zagen dat Alec Jervis en Serge De Cremer eveneens van de partij waren wat ons direct liet weten dat we met 4 pipers zouden zijn. Een paar pipers extra is altijd wel een meerwaarde voor ons project maar steekt ons ook nog een hart onder de riem, en dat deed deugd. Naast Alec en Serge zagen we eveneens Daphné Vangheluwe, Suzy Vlaminck, Fairley Jervis, Siobhàn De Cremer, Danielle Rouroeks, Patrick Verhaeghe, Jeroen Cools, Charles De Cremer reeds staan wachten op ons. Het moest gezegd zijn vandaag waren we een grote groep.





Terwijl de volgers een beetje kennis maakte met enkele nieuwe gezichten die ons vandaag zouden volgen, begonnen wij met het tunen van onze pipes. Kort daarna werd er gezamenlijk even Scotland the Brave gespeeld wat ons niet veel later liet weten dat het perfect zat voor vandaag. We gingen de begraafplaats van Wilebroek op welke zich reeds van in 1884 op deze plaats bevond.  De begraafplaats werd vergroot in 1907, 1922 en circa 1970-1975. In 1923 werd de begraafplaats aangeduid als begraafplaats voor de groepering van de militaire graven van de omliggende gemeenten.  De begraafplaats is gelegen aan de zuidzijde van de straat, ten noordoosten van het Fort van Breendonk en staat er vooraan een monument voor de gesneuvelden naar ontwerp van E. Jonckheere en (vermoedelijk) beeldhouwer A. Pierré van 1922, opgericht in 1928.





Kort bij de ingang vonden we links ervan het Ere-perk voor de gesneuvelde militairen van WO1, zoals op meeste Belgische begraafplaatsen hadden we hier geen grondplan gevonden wat het zoeken naar de namen op Stuart zijn lijstje een beetje zou vermoeilijken. Maar geen paniek, we gingen ervoor. De verschillende volgers trokken over het militaire Ere-perk en stonden hier en daar wel even stil bij het zien van de vele slachtoffers, een bekend klinkende naam of gewoon bij het graf van het zoveelste onbekende slachtoffer. Stuart vond niet direct een regelmatige structuur in de nummering van de graven maar ging toch vrij snel vooruit bij het afwerken van zijn lijstje. Niet lang daarna had hij nog 1 naam over, Remi Deboiserie, niet de vinden. Alle volgers werden aan het werk gezet met de zoektocht naar soldaat Remi Deboiserie, helaas nergens te vinden. Een doorgedreven research achteraf liet ons weten dat soldaat Remi Deboiserie sneuvelde in Buggenhout op 28 september 1914. Op 21 november 1921 werd hij over gebracht naar het militaire Ere-perk van Willebroek en op vraag van zijn ouders werd hij op 10 mei 1925 van Willebroek naar Desselgem, zijn geboortedorp, over gebracht. Soldaat Remi Deboiserie rust heden te dage nog steeds op de begraafplaats van Desselgem (perk 3 graf 34 - centraal op het oude gedeelte van de begraafplaats bij het ere-perk)























Soldaat 2de Klasse François Boon. 
Stamnummer 111/60628. 11de Linieregiment. 
Geboren in in Tienen op 15 december 1893. Hij was fabrieksarbeider. 
Gesneuveld op 30 september 1914, 20 jaar. Graf 5.


Soldaat 2de Klasse Theodule Henri Vercruysse. 
Stamnummer 127/52644. 3de Regiment Jagers te Voet. 
Geboren in Lauwe op 28 april 1890. 
Gesneuveld in Breendonk op 4 september 1914, 24 jaar. Graf 31. 


Soldaat 2de Klasse Willem De Ganck. 
Stamnummer 103/54094. 3de Linie Regiment. 
Hij werd in Kobbegem geboren op 16 november 1888. 
Gesneuveld in een verpleegpost op 2 september 1914, 25 jaar. 


Soldaat 2de Klasse René Ghislain De Wetter. 
Stamnummer 146/17778. 2de Regiment Jagers te Paard. 
Geboren in Geraardsbergen op 5 juni 1892. Hij was blikslager. 
Gesneuveld nabij Nieuwenrode op 17 september 1914, 22 jaar. Graf 113.


Korporaal Gustaaf Theoduul Colpaert. 
Stamnummer 127/50596. 3de Regiment Jagers te Voet. 
Geboren in Zulte op 22 maart 1888 en woonde in Desselgem. 
Gesneuveld 5 september 1914, 26 jaar. 


Soldaat 2de Klasse Remi Julien Deboiserie. 
Stamnummer 101/56978. 21ste Linieregiment. 
Geboren in Desselgem op 11 januari 1890. 
Gesneuveld nabij Buggenhout op 28 september 1914, 24 jaar. 
Oorspronkelijk begraven in Willebroek graf 155 
maar op 10 mei 1925 werd hij herbegraven in Desselgem. 
Aangezien we zijn graf in Willebroek niet terugvonden zijn we dit gaan onderzoeken 
en hebben we zijn graf in Desselgem teruggevonden. 



Omdat we niet eindeloos konden blijven zoeken naat het graf van Remi besloten we maar om onze tunes te spelen in het midden van de begraafplaats. Flower of Scotland klonk prachtig op dit vroege ochtenduur, gevolgd door Amazing Grace waarvan Serge de seconds, de tweede stem, van speelde. Heel mooi en steeds dat ietsje meer van deze tune. Nadat we de laatste noten van Amazing Grace hadden gespeeld hielden we even een klein moment van uiterste stilte waarbij Patrick erg genoot. Na het nemen van de groepsfoto wandelden we naar de haag om er onze pipes op achter te laten want het was tijd geworden voor het plaatsen van ons Pipers Remembering WW1 In Rememberance kruisje.











Door de rare indeling of vorm van de graven wisten we zo niet direct waar we het kruisje zouden gaan plaatsen. Bij de Belgische vlag was ook niet direct een optie want deze stond aan de zijkant in het gras en we waren beiden van menig dat ons PRWWI in Rememberance kruisje er niet lang zou staan indien ze het gras zouden komen maaien. Wat rondkijkend vonden we centraal op de begraafplaats het graf van een onbekende gesneuvelde zodat we niet lang hoefden na te denken. Het PRWWI In Remebrance kruisje werd plechtig neer gepland bij het graf van de onbekende soldaat waarbij onze volgers, bijna allemaal fotografen, de ene na de andere foto schoten van deze kleine ceremonie. Volgens Kurt precies paparazzi's waarbij Stuart hem liet weten, 'welkom in de moderne tijd'. Een inside joke waarbij Kurt het hem meestal is geweest.



Na het plechtig neerplanten van ons PRWWI In Remeberance kruisje maakten we ons stilaan klaar om de groepsfoto te nemen. Met deze grote groep volgers verliep dit ook rimpelloos en werd er toen iedere zijn borst introk en buik vooruit stak toch nog een glimlach geproduceerd toen ineens uit het niet het woordje 'lampeke' te horen was. Er diende maar een shot gemaakt te worden alvorens we op het gemak verder konden op onze tocht. Bij het verlaten van de begraafplaats krijg Kurt een sms van zijn dochter Magali, die er vandaag helaas niet kon bij zijn, met een liedjes tekst van K3. Toen hij het Stuart liet zien lag deze plat van het lachen en begon het liedje deels te zingen. De toon voor vandaag was gezet, het zou voor Kurt een wel erg lange dag worden vandaag.



We verlieten Willebroek om 11u, meteen al een half uur later dan voorzien in ons schema en zetten koers naar Mechelen.  Een rit van een kwartier bracht ons 20 minuten later dan voorzien op de begraafplaats van Mechelen. Stuart die bij het plannen van de tocht ruime reistijden incalculeert maakte dat we reeds een 10 minuten waren ingelopen, we waren dus goed op dreef volgens Kurt. We parkeerden de wagen bij de begraafplaats in de straat, laden onze spullen en pipes uit waarna we nog even moesten wachten op enkele volgers in een klein blauw autootje. Lang duurde het niet, dus niet veel later gingen we met z'n allen de begraafplaats op. De ingang bestond uit een groot hoog smeedijzeren hek met twee grote zuilen en een proper onderhouden pad met kasseien bracht ons achter een kapel bij het plot met gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog.  






Hier op de gemeentelijke begraafplaats van Mechelen liggen 309 Belgische soldaten begraven uit WWI waarvan er 68 onbekend zijn. De meeste sneuvelden in de buurt van het Fort van Sint-Katelijne-Waver tijdens de eerste oorlogsmaanden. De begraafplaats bevat ook een groot aantal Belgische oorlogsgraven uit de Tweede Wereldoorlog, voornamelijk slachtoffers van de geallieerde bombardementen en V1-aanvallen. Eveneens werden in totaal 342 bewoners gedood door geallieerde bombardementen. Het plot met Belgische gesneuvelde militairen bleek, goed en mooi onderhouden te zijn alleen vonden we het een beetje raar dat een deel van de grafstenen een ander soort steen was in vergelijking met de grafstenen die we gewoon waren op Belgische militaire begraafplaatsen.

Iedereen ging zo een beetje zijn eigen gang over de begraafplaats waarbij Kurt alweer eens wuifde naar een voorbij rijdende trein en Stuart zich liet ontvallen; 'Ik had het gedacht.' Niet veel later terwijl Stuart zijn lijstje begon af te werken en enkele volgers begonnen met het nemen van enkele foto's. Wat ons meteen op was dat men hier op deze begraafplaats een grote diversiteit heeft aan schildjes op de grafstenen en deze niet allemaal zijn vernieuwd zoals we eerder zagen. We zagen schildjes met gewoon de Belgische driekleur op,  de Belgische driekleur en een klein kruis, een groot kruis, met kruis in reliëf, de Belgische driekleur met Vlaamse leeuw en met leeuw in reliëf. Kortom we vonden dit wel iets hebben, het was niet zo monotoon als op sommige andere begraafplaatsen.

















Terwijl Stuart druk bezig was met het fotograferen van de graven die vermeld stonden op zijn lijstje waarover we wat meer info wouden geven voor het verhaal of gezicht achter de steen waren er ineens een deel van onze volgers blijkbaar niet meer geïnteresseerd, of zo leek het. Enkele van onze volgers zaten gehurkt in een hoekje en bleken aan het puzzelen te zijn geslagen. Serge zag het niet meer zitten en plofte neer op een bank niet ver van de plaats waar ze aan het puzzelen waren. Nader onderzoek liet Stuart en Kurt weten dat enkele volgers bezig waren met het samen puzzelen van een kapot gevallen grafsteenplaat van een dan de gesneuvelden, wat hen beiden dan toch wat gerust stelde.












Soldaat 2de Klasse Vincent Louis Verwimp
Stamnummer 131/53746. 1ste Carabiniers
Gesneuveld aan zijn verwondingen op 25 augustus 1914, 27 jaar. 


Soldaat 2de Klasse Felix Jacques Verheyen. 
Stamnummer 131/58877. 1ste Carabiniers. 
Gesneuveld aan zijn verwondingen in de verpleegpost Klein Seminarie op 25 augustus 1914, 20 jaar. 


Kapitein Commandant François Joseph Edmond Weyns. 
Stamnummer 12924. Artillerie PFA Fort Breendonk. 
Gesneuveld aan een hersenschudding op 8 oktober 1914 (zijn 40ste verjaardag) 
in Marine Lazaret N°4 in Mechelen.


Soldaat 2de Klasse Cyriel Camiel Van Den Berghe. 
Stamnummer 131/59437. 1ste Carabiniers. 
Hij kreeg een kogel in het hart op 25 augustus 1914, 21 jaar. 


Soldaat 2de Klasse Edouard Jacques Danneels. 
Stamnummer 104/57843. 4de Linieregiment. 
Gesneuveld in Muizen op de grens met Mechelen op 28 september 1914, 21 jaar. 


Soldaat 2de Klasse Henri (Hendrik) De Baeremaeker. 
Stamnummer 131/58329. 3de Carabiniers. 
Gesneuveld door een schrapnelsplinter in de schedel op 25 augustus 1914, 22 jaar. 
Volgens de Belgian War Dead Register rust hij op de Gemeentlijke Begraafplaats van Brussel 
maar er staat nog steeds een zerk in Mechelen.


Soldaat 2de Klasse Charles Julien Van Acker. 
Stamnummer 102/59469. 2de Linieregiment. 
Gesneuveld aan zijn verwonding nabij Nekkerspoel op 30 september 1914, 21 jaar. 


Soldaat Octave Ghys. 
Stamnummer 131/59414. 1ste Carabiniers. 
In de Belgian War Dead Register staat hij als Geys. 
Gesneuveld in Elewijt op 25 augustus 1914, 21 jaar.


Onderluitenant Jean Desire Edouard Scheyvaerts. 
Stamnummer 103/15207. 3de Linieregiment. 
Gesneuveld nabij Sint-Katelijne-Waver op 2 oktober 1914, 29 jaar. 


Corporaal Camiel Leonard Van der Vinck. 
Stamnummer 106/73191. 6de Linieregiment. 
Gesneuveld in Sint-Katelijne-Waver op 1 oktober 1914, 21 jaar. Graf 171.


Soldaat 2de Klasse Victor Antoine Joye. 
Stamnummer 103/57587. 3de Linieregiment. 
Gesneuveld op 2 oktober 1914 nabij Sint-Katelijne-Waver. Hij werd 20 jaar. Graf 167.


Soldaat 2de Klasse Jean August Van Ham. 
Stamnummer 106/72220. 6de Linieregiment.
Gesneuveld in Sint-Katelijne-Waver op 2 oktober 1914, 22 jaar. Graf 278.


Soldaat 2de Klasse Gustave Joseph Bodyn. 
Stamnummer 104/57830. 4de Linieregiment. 
Gesneuveld nabij Walem Brug op 27 september 1914, 21 jaar. 


Soldaat 2de Klasse Pierre (Pieter) GDP Baes. 
Stamnummer 123/159. 23ste Linieregiment. 
Gesneuveld in het bos van Houthulst door een kogel op 28 september 1918, 22 jaar. Graf 339. 


Korporaal Jean (Jan) Baptist Arthur Meysmans. 
Stamnummer 132/592. 2de Carabiniers. 
Gesneuveld nabij Aarschot aan de gevolgen van zijn verwondingen aan de buik op 12 september 1914, 21 jaar. 


Soldaat 2de Klasse Paul Henri Dercon. 
Stamnummer 152/2445. 2de Artillerie Regiment. 
Gesneuveld in Nieuwkapelle op 26 november 1915, 23 jaar. 


Korporaal Cesar Rombauts. 
Stamnummer 114/437. 14de Linie. 
Gesneuveld nabij Oostnieuwkerke op 3 oktober 1918, 20 jaar. 

Soldaat Dominiek Elise Rombauts. 

Stamnummer 121/1001. 21ste Linieregiment. 

Gesneuveld nabij Sint-Joris op 29 september 1918, 22 jaar. 

Ze rusten nu bij elkaar.

Toen onze puzzelaars klaar waren besloten we om onze PRWWI tunes te spelen bij het centrale mooie monument. Toen iedereen in positie was klonk Flower of Scotland gevolgd door een klein stil moment waarna we Amazing Grace speelden. Het klonk mooi over de begraafplaats en een enkele buurtbewoner stond ons van een kleine afstand gade te slaan en te luisteren naar onze tunes. Na het spelen van onze PRWWI tunes besloten we om direct erna de groepsfoto te nemen omdat we bang weren dat onze volgers weer zouden gaan puzzelen. Iedereen hield angstvallig het 'lampeke' in de gaten waarna de camera de groepsfoto vereeuwigde. Na de groepsfoto was het de beurt om ons PRWWI In Remembrance kruisje plechtig neer te planten wat we deden bij het monument. Daar we het niet meteen ergens konden insteken werd het gewoon aan de voet van het monument gelegd.


















Onze volgfotografen vereeuwigden deze kleine ceremonie waarna we niet veel later het militaire Ere-perk verlieten en opweg gingen naar de uitgang van de begraafplaats waarbij we even halt hielden in het passeren bij 3 CWG's uit de Tweede Wereldoorlog. Langsheen het kasseipad en verschillende proper onderhouden oude graven liepen we niet veel later verder naar de uitgang waarna we onze spullen inladen en ons klaarmaakten om te vertrekken naar onze volgende stop. We verlieten Mechelen om 12.15u, volgens Kurt een kwartiertje later dan voorzien, we liepen dus meer en meer van onze uitgelopen tijd in wat ons goed stemde.



Een rit van een 20-tal minuten bracht ons bij de begraafplaats van Lier waar we parkeerden op een parking enkele meter verderop op een pleintje. Kurt zag dat al meteen zitten want er stond een frietkot op het plein en dat zou onze lunch, die we hier zouden houden alleen maar ten goede komen. Helaas het frietkot was gesloten. Na het uitladen van onze pipes gingen we op naar de Belgische Militaire Begraafplaats van Lier om 12.33u. 





De Belgische militaire begraafplaats van Lier is een begraafplaats met Belgische gesneuvelden uit de Eerste Wereldoorlog en Britse gesneuvelden uit de Tweede Wereldoorlog. Ze ligt ongeveer op 1700 m ten zuidwesten van de Grote Markt van Lier. Ze heeft een oppervlakte van 50 are en is aan de straatzijde afgesloten door een bakstenen muur met een balustrade van arduinen zuiltjes en dekstenen. De toegang bestaat uit een dubbel metalen hek. Achteraan de begraafplaats bevindt zich een monument, gemaakt door de Duitse kunstenaar Georg Kolbe, dat monument dat oorspronkelijk op de Belgische-Duitse begraafplaats van Eppegem stond werd in 1939 naar hier verplaatst nadat de Duitse slachtoffers van Eppegem werden overgebracht naar Wespelaar. Centraal ligt een grasperk waarin een houten kruis en een vlaggenmast staat. Eveneens liggen hier ook 32 Britse en 9 Canadese gesneuvelden uit de Tweede Wereldoorlog. Het waren gewonde soldaten die in het militair hospitaal van de stad verzorgd werden maar, na de bevrijding van de stad op 4 september 1944, aan hun verwondingen overleden en hier begraven werden. Tot 1956 bevond zich naast de begraafplaats ook een Duitse militaire begraafplaats, maar deze werd in 1956 ontruimd en de stoffelijke overschoten werden overgebracht naar de Duitse militaire begraafplaats in Vladslo.







Iedereen wandelde vrij relax over deze typische Belgische militaire begraafplaats en stond hier en daar even in gedachte verzonken bij het zien van een bepaald graf terwijl Stuart, die zijn oog op het grondplan had laten vallen, zorgvuldig aantekende op zijn lijstje waar hij de bepaalde graven zou terugvinden. Een grote hulp bleek achteraf want hij was vrij snel klaar met het fotograferen van bepaalde graven waarvan we het verhaal achter de steen wouden van vertellen. Terwijl onze volgfotografen het ene na het andere plaatje schoten besloten we om onze pipes op te halen en onze PRWWI tunes te spelen. In het centrale grasperk begonnen we niet veel later Flower of Scotland te spelen waarna Amazing Grace volgde na een klein moment van stilte.














Soldaat Tweede Klasse Gustave Rahtenberg. 
Stamnummer 190/10884. 
Vreemd is dat de Belgian War Dead Register 
zegt dat hij behoorde tot 2 CT en zijn zerk 6de Linieregiment. 
Ook zou hij geboren zijn in Windau (A) en volgens zijn zerk Windou (Rusland). 
Zijn geboorteplaats doet vermoeden dat hij in dienst ging onder druk om niet als Oostenrijker aanzien te worden maar hij ging reeds in dienst op 1 januari 1914 wat dit vermoeden ontkracht. Hoe dan ook sneuvelde hij op 27 september 1914. Hij werd 31 jaar. Graf 303.

Soldaat Tweede Klasse Theodor Palmans. 
Stamnummer 112/57642/58166. 12de Linieregiment. 
Gesneuveld 27 september 1914, 21 jaar. Graf 460.


Eerste Sergeant Majoor Ernest Emile Van den Driessche. 
Stamnummer 102/50603. 2de Linieregiment. 
Hij kreeg twee kogels in het hoofd op 29 september 1914, 31 jaar. Graf 459.


Soldaat 2de Klasse Jean Louis Scheerders. 
Stamnummer 104/58702. 4de Linieregiment. 
Geboren op 17 september 1893 in Miniapolis (USA) maar hij woonde in Doel. 
Gesneuveld 2 oktober 1914, hij was net 21 geworden. Graf 413.


Tweede Kapitein Aime Desire Ancart. 
Stamnummer 13292. 2de Jagers te Voet. 
Hij werd geboren op 3 juni 1870 in Bassilly, maar woonde in Berchem. 
Hij sneuvelde door eigen artillerievuur, schrapnel in het achterhoofd 
op 8 oktober 1914 nabij Boechout. Hij werd 44 jaar. Graf 380.


Tweede Kapitein Adolphe Jules De Bande. 
Stamnummer 13703. 11de Linieregiment. 
Gesneuveld 29 september 1914, 36 jaar. Graf 383.


Korporaal Adolphe Damien Duytschaever. 
Stamnummer 107/55807. 7de Linieregiment. 
Gesneuveld 5 oktober 1914, 25 jaar. Graf 387.


Onderluitenant Jean Alexis Henri Julie Amedee Wallens. 
Stamnummer 132/2182/(1129). 2de Karabiniers. 
Hij kreeg een kogel in de buik en hoofd op 5 oktober 1914. 
Hij werd 22 jaar. Graf 376.


Soldaat Tweede Klasse Jean Corneil De Brandt. 
Stamnummer 109/54150. 9de Linieregiment. 
Gesneuveld nabij Waarloos op 6 oktober 1914, 27 jaar. Graf 315.


Korporaal Achille Clement Joseph Barvaux. 
Stamnummer 114/21801. 14de Linieregiment. 
Gesneuveld 4 oktober 1914, 28 jaar. Graf 369.


Soldaat Tweede Klasse Louis Du Bois. 
Stamnummer 132/4796/(57080). 2de Karabiniers. 
Gesneuveld op 5 oktober 1914, 23 jaar. Graf 14.


Soldaat Tweede Klasse Henri Van ’t Dack. 
Stamnummer 126/51382. 2de Jagers te Voet. 
Gesneuveld 3 oktober 1914, 24 jaar. Graf 97.


Sergeant Cesar Henri Louis Van Overloop. 
Stamnummer 107/55110. 7de Linieregiment. 
Gesneuveld 7 oktober 1914, 23 jaar. Graf 142.


Soldaat Tweede Klasse Bernard Alphonse Van Heule. 
Stamnummer 105/50233. 5de Linieregiment. 
Gesneuveld 4 oktober 1914, 35 jaar. Graf 192.


Soldaat Tweede Klasse Jean Corneille Van Ackeren. 
Stamnummer 21689. Vestingartillerie Antwerpen. 
Geboren in Poppel op 24 april 1893 en gesneuveld op 3 oktober 1914, 21 jaar. Graf 183.


Soldaat Tweede Klasse Jean Constantin De Breuker. 
Stamnummer 112/54725. 12de Linieregiment. 
Gesneuveld op 29 september 1914, 35 jaar. Graf 265.


Soldaat 2de Klasse Antoine Vermoesen. 
Stamnummer 132/240. 2de Karabiniers. 
Geboren te Asse op 11 maart 1893 en gesneuveld nabij Lier op 6 oktober 1914. 
Hij werd 21 jaar. Graf 162. 


Soldaat Tweede Klasse Joseph Gildemyn. 
Stamnummer 135/46664. 1ste Grenadiers. 
Gesneuveld 29 september 1914, 26 jaar. Graf 111.











Wat later werd door Serge ons PRWWI In Remebrance kruisje plechtig neer gepland bij de vlaggenmast onder het vele geklik van de verschillende camera's die dit vereeuwigden. We besloten ook om hier de groepsfoto te nemen, hoewel tegenlicht is ook niet alles, maar onze fotografen vinden daar altijd wel iets op. Nadat we de groepsfoto hadden gemaakt wandelden we over en door de grote kiezelstenen naar het schuilhuisje waar we het bezoekersregister terugvonden, het was eveneens de eerste begraafplaats van vandaag die er een had. Het bezoekers register kende een laatste input op 3 maart 2016 en er stond niet direct bij van wie het afkomstig was. Wel stond er een mooie tekst bij geschreven: "Zoveel (jonge) mannen die voor de vrijheid hebben gestreden. Waarom oorlog? Onze tijd op deze wereld is al zo kort. Mijn voorvaders hebben ook gestreden en zijn gesneuveld in de 1ste en 2de WO. Mijn vader zaliger was ook militair (BSD) maar vooral / en gelukkig in vredestijd. Vandaag heb ik de tijd even genomen om dit kerkhof te bezoeken en aan vele graven een 'knikje' te doen uit respect. Ik moet nog wel 2x terug komen, het zijn er zovele. Ben er stil van geworden. Dank dat de herinnering levend wordt gehouden ook al is het meer dan 100 jaar geleden. Gegroet NAN".
Inderdaad om even bij stil te staan. Iedereen tekende plechtig het bezoekersregister waarbij Kurt weer terug zichzelf was en een 'selfie' nam met de camera van Stuart. Onze vaste volgfotografen stonden te lachen bij het zien van Kurt zijn handelingen.  
















Nadien vertrokken we rustig op weg naar onze auto's op het pleintje om er onze lunch te nuttigen en zagen we dat het Liers Friethuisje nog steeds niet open was. Geen probleem, we confisqueerden er de houten tafel met banken om er onze lunch te nuttigen terwijl de kleine, Siobhàn in de schaduw een dutje mocht doen in de auto. De lunch smaakte overheerlijk en iedereen genoot van de maaltijd tot op een geven moment aan de overkant ineens een autoalarm van zijn oren begon te maken. Tuut, tuut, tuut... enkelen gingen een kijkje nemen en zagen een persoon gebukt onder de motorkap staan kijken naar een oplossing. Een dame liep binnen en buiten voor de winkel met een telefoon in haar hand en gebarend naar de heer wat hij diende te doen. Helaas er gebeurde niks, het getoet ging verder. We aten verder en vertelden over ditjes en datjes tot we op een gegeven moment te horen kregen van Serge dat Stuart zijn gezicht met zijn baard infeite ondersteboven staat. We lagen allen plat van het lachen en Kurt ging het onthouden, bij deze.






Onze zo gezellige maaltijd werd redelijk gestoord door dit voorval. Uiteindelijk na een kwartier was de garagist aangekomen en viel het getoet stil. Toch direct een raar gevoel als je de stilte ineens om je heen voelt. Voor ons was het te laat, onze lunch was verorberd en we maakten aanstalten om verder te trekken op onze tocht. Mooi op tijd vertrokken we om stipt 14u op weg naar onze volgende bestemming die een klein half uurtje verder lag. Om 14.25u zo'n 5 minuutjes voor op schema arriveerden we op de Silsburg Communal Cemetery in Borgerhout nadat we een klein moment in de file hadden gestaan voor wegenwerken. Hier verwelkomden we Ian Roofthooft en Lydia Loots, die het PRWWI project al een tijdje volgden maar nog nooit de tijd hadden gevonden eens langs te komen.






De nieuwe begraafplaats van Borgerhout werd op 23 april 1885 geopend op het gehucht Silsburg dat op gronden van een gelijknamige familie lag, in 1890 kreeg het officieel de naam Onze-Lieve-Vrouwekerkhof. De begraafplaats bevat talrijke indrukwekkende grafmonumenten waarvan vele langs de hoofdas liggen. Het imposante oorlogsmonument ligt op perk V, rechts van de toegangspoort in neo-Vlaamserenaissance-stijl, en wordt omgeven door graven van gesneuvelden. Het monument, ingehuldigd op 26 november 1926, werd ontworpen door beeldhouwer Frans Jochems. Het indrukwekkende, witgeschilderde monument staat op een sokkel van rode baksteen. De geblokte basis draagt het opschrift "Borgerhout/aan zijn/gesneuvelden/1914-1918 1940-1945".
Het monument is trapsgewijs opgebouwd met onderaan een gesneuvelde soldaat met vlag in linkerhand en hoger een overbuigende vrouwengestalte met wijde mantel en aan de rechterzijde een treurend, zittend meisje. De hele beeldengroep is versierd met festoenen en bloemenkransen. Op het omringende en omhaagde, rechthoekige grasperk bevinden zich graven van oorlogsslachtoffers in de vorm van eenvoudige, blauwe hardstenen stèles met een getrapte sokkel en bekronend kruis. De zerken dragen telkens een granietplaat met de naam, graad en geboortedatum en datum van overlijden. De graven worden onderling verbonden door een bakstenen sokkel met bloembakjes. Het oorlogsmonument op de begraafplaats Silsburg is sterk beeldbepalend en imponeert door de grootte, de opvallend witte beschildering en de plastische en evenwichtige uitwerking.

We wandelden het Ere-perk op en wandelden rustig langsheen de verschillende grafstenen van de gesneuvelden uit WO1 terwijl Stuart zijn lijstje begon af te werken. Onze volgfotografen schoten de ene na de andere foto terwijl onze andere volgers een praatje maakten met elkaar. Stuart en Kurt, gevolgd door enkel volgers, trokken nog even verder de begraafplaats op om nog enkele gesneuvelden te zoeken die in een burgergraf waren begraven. Door de voorafgaande research van Stuart werden deze vrij snel teruggevonden en eveneens vastgelegd op foto voor ons archief. Nadat we nog even langs het graf van Suzy haar vader wandeleden arriveerden we niet veel later terug vooraan bij het Ere-perk waar we besloten om onze PRWWI tunes te spelen.

















Soldaat Tweede Klasse François Gilot. 
Stamnummer 152/1442. Artillerie 7de Gemengde Brigade. 
Hij werd op 24 juli 1889 in Marchienne au Pont en sneuvelde op 28 oktober 1914 in Borgerhout. 
Hij werd 25 jaar. Hij werd eerst  begraven in de weide voor de herberg ‘Den Bonte Os’ aan de Berchemse Steenweg (Nu de Berchemlei). Toen hij later werd overgebracht kon men hem enkel nog herkennen aan zijn naamplaatje waardoor men ervan uitgaat dat hij nu in Perk V rust.


Soldaat Tweede Klasse Telefonist Eugene Jean Weynen. 
Stamnummer 106/74380. 6de Linieregiment. 
Hij stierf aan de gevolgen van Leukemie op 15 juli 1916 in het Aanvullend Hospitaal Nr. 28 in Dinard (F). Oorspronkelijk werd hij op 17 juli 1916 begraven in Dinard maar werd op vraag van de familie over gebracht naar Perk C1 Rij West Graf 18.


Korporaal Gustave Alphonse Colombe De Cloedt. 
Stamnummer 125/22783. 1ste Jagers te Voet. 
Hij sneuvelde door een kogel in zijn hoofd op 19 oktober 1914, 28 jaar. 
Op vraag van de familie werd hij overgebracht en rust hij in Perk H Rij West Graf 15.


Soldaat Tweede Klasse Jean Verhas. 
Stamnummer 107/62240. 7de Linieregiment. 
Hij sneuvelde aan zijn verwondingen (schrapnel) op 6 november 1914 in Rosendael (F). 
Hij werd 25 jaar. Hij is één van de 250 namen op de herdenkingsmuur 
in het Districtshuis en rust in het Ereperk V. 


Soldaat Tweede Klasse Henri Pierre Nuyens. 
Stamnummer 103/60243/(4527). 3de Linieregiment Mitrailleurs. 
Hij woonde in de Sint Willebrordusstraat 38 in Antwerpen toen hij op 1 januari 1915 in dienst trad. Hij sneuvelde op 26 mei 1916 aan de gevolgen van een Buikvliesontsteking in Militair Hospitaal Porte de Gravelines nabij Calais. Hij werd 21 jaar. Op 29 mei 1916 werd hij in Calais begraven maar op 19 augustus 1922 werd hij overgebracht naar het Ereperk V.


Onderluitenant Rudolf Lamotte. 
Stamnummer 16044-106/70098. 6de Linieregiment. 
Hij werd op 10 januari 1894 geboren in Butler (Pennsylvania, USA) maar aangezien zijn ouders er niet konden aarden keerden ze terug naar Herbeumont. Hij werd samen met zijn broer Octave opgeroepen en ze klommen beiden op tot Onderluitenant. Octave bij het 10de Linieregiment. Rudolf raakte gewond bij de gevechten rond Duffel maar hij weigerde te worden overgebracht naar een hospitaal. Toen hij zijn manschappen verder leidde raakte hij terug gewond en werd hij onder bevel toch overgebracht naar Borgerhout waar hij kort na zijn aankomst overleed op 3 oktober 1914. Hij werd 20 jaar. Hij rust nu in het Ereperk V. Ook zijn broer Octave sneuvelde niet veel later op 2 januari 1915 in de buurt van Nieuwpoort. Hij rust op de Belgische Militaire Begraafplaats van Adinkerke Graf 480. 


Brigadier/Chauffeur François Egide Sneijers. 
Stamnummer 541. G.P.A.R. (Groupement de parc automobile de réserve). 
Hoewel hij de wapenstilstand nog meemaakte stierf hij op 12 december 1918 aan de griep en een longontsteking in OLV Hospitaal in Sint-Michiels Brugge. Hij werd 27 jaar. 
Perk C4 Rij Noord, recht tegenover de ingang van het Ereperk.


Soldaat Tweede Klasse Martin Bernard Busselen. 
Stamnummer 45/584. 1ste Bn. Genie Tolkenkorps. 
Voor hij op 4 augustus 1914 in dienst trad was hij waarschijnlijk tandarts. 
Hij stierf aan de gevolgen van de griep en een longontsteking op 16 oktober 1918 in het Militair Hospitaal Cabour in Adinkerke. Hij werd net geen 26 jaar. Oorspronkelijk werd hij begraven in De Panne maar werd later overgebracht naar Perk C3 Rij Oost Graf 13. 


Soldaat Tweede Klasse Charles Jean Louis Lauwers. 
Stamnummer 112/56219. 12de Linieregiment. 
Hij was kunstschilder en over zijn leven werd een boek geschreven. Gesneuveld aan een schedelbreuk op 15 oktober 1915 in de buurt van Lendelede. Hij werd net geen 23 jaar. Oorspronkelijk werd hij begraven op de Gemeentelijke Begraafplaats van Lendelede Graf 33, maar in 1921 werd hij overgebracht naar Perk D3 Rij Zuid.


Luitenant Gustave Joseph Geerts. 
Stamnummer 18666/5833. 4de Jagers te Voet. 
Hij sneuvelde op 28 september 1918 nabij de bunker ‘Bon Gite’ in Langemark. Hij werd 27 jaar. Oorspronkelijk werd hij begraven op Bleuet Farm in Elverdinge maar na de Wapenstilstand werd hij over gebracht naar Perk B3 Rij Zuid Graf 1.


Soldaat Tweede Klasse François Joseph Elisabeth Laenen. 
Stamnummer 130/2131. 6de Jagers te Voet. 
Gesneuveld aan zijn verwondingen (Schrapnel) op 3 oktober 1918 in een veldhospitaal in de buurt van Beveren aan de Ijzer. Hij werd 29 jaar. Perk V Rij West Graf 6.



Voor het centrale monument begonnen we met het spelen van de PRWWI tune Flower of Scotland en we merkten op dat we opeens redelijk veel publiek hadden. Vanop een kleine afstand stonden heel wat mensen ons gade te slaan terwijl we aan de PRWWI tune Amazing Grace begonnen. De PRWWI tunes klonken prachtig op deze mooie onderhouden begraafplaats waarna we niet veel later besloten om ons PRWWI In Remembrance kruisje plechtig neer te planten bij het centrale monument. Onder een fel middag zonnetje en redelijk wat toeschouwers plantte Alec het PRWWI In Remembrance kruisje neer en werd dit moment vereeuwigd. Onze volgfotografen waren precies paparazzi's volgens Kurt.
















Kort nadat we ons PRWWI In Remembrance kruisje plechtig hadden neer gepland werd voor het Ere-perk de groepsfoto genomen waarbij iedereen gespannen naar het 'lampeke' stond te kijken. Nadat de groepsfoto was gemaakt deelden we nog enkele adreskaartjes uit aan de toeschouwers waarna we onze spullen en pipes namen en richting auto wandelden. Bij de auto gekomen laden we onze spullen in en verlieten we om 15.05u Silsburg Communal Cemetery op weg naar een andere bestemming. 





Een kleine rit van een 10tal minuten bracht on bij Cantincrode Communal Cemetery in Mortsel waar we arriveerden om 15.15u. We parkeerden er de wagen op de parking en dienden alweer eens te wachten op een klein blauw autootje dat blijkbaar verkeerd was gereden.

Kurt begon te permitteren omdat blijkbaar het kleine blauwe autootje de reden was dat we steeds uitliepen op ons tijdschema. Stuart begon te lachen en liet Kurt verstaan dat destijds toen alles nog met stenen wielen reed zoals bij de Flintstones waarschijnlijk alles veel sneller ging. Uiteindelijk, 4 volle minuten later arriveerde het kleine blauwe autootje en konden we vertrekken. Om 15.15u wandelden we de Cantincrode (Krijgsbaan) Communal Cemetery in Mortsel op dat hoewel ze tussen twee spoorwegen is gelegen er erg rustig bijligt.








Op deze begraafplaats zouden we welgeteld 1 graf uit WO1 bezoeken, het graf van Edwyn Ridge, een oogarts in het London Hospital. Hij werd gedood op 36 jarige leeftijd door een sluipschutter toen hij een gewonde soldaat droeg slechts een paar dagen na zijn aankomst in België, oktober 1914.  


Sub-Lieutenant Edwyn Manners Ridge. 
Benbow Bn. R.N. Div. Royal Naval Volunteer Reserve. 
Gesneuveld 8 oktober 1914, 36 jaar. Hij werd oorspronkelijk begraven op de begraafplaats aan de Edegemsestraat maar werd in 1940 overgebracht naar zijn huidige rustplaats. Hierbij werd er aangenomen dat hij een Belgisch slachtoffer was maar in 1993 werd na onderzoek en resten op het lichaam ontdekt dat het over Sub-Lieutenant Ridge ging. En werd het witte kruis aangepast naar de gekende Commonwealth zerk.


Er werden enkele foto's genomen van het graf waarna we vrijwel meteen overgingen naar het spelen van onze PRWWI tunes. Op deze heel rustige, propere en mooi onderhouden begraafplaats klonken onze PRWWI tunes Flower of Scotland en Amazing Grace prachtig. Ook hier hadden we enkele toeschouwers die alles van op een kleine afstand volgden. Kort daarna besloten we om ons PRWWI In Rememberance kruisje plechtig neer te planten bij het graf van sub luitenant Edwyn Ridge dat eveneens werd vereeuwigd onder het geklik van onze volgfotografen hun camera's.








De groepsfoto namen we naast het graf van sub Luitenant Ridge waarna we rustig verder wandelden naar de uitgang van de begraafplaats. Het leek een blitz bezoek maar dit kwam mede door het feit dat het maar om 1 graf ging en we hier ook geen bezoekersregister dienden te ondertekenen, zoals op de meeste begraafplaatsen van vandaag. Toch, al leek het een blitz-bezoek, werd alles met evenveel respect en hulde gebracht als bij begraafplaatsen waar meerdere slachtoffers waren begraven. Nadat we niet veel later onze spullen terug in de auto hadden geladen vertrokken we om 15.48u richting Berchem waar we rond 16u arriveerden bij de Berchem Communal Cemetery.




In de buurt van de begraafplaats was het vrij druk en je kon er moeilijk een plaats vinden om er te parkeren. Wij hadden geluk er reed juist iemand weg, hoe zouden onze volgers er het van af brengen? Terwijl we een beetje stonden te wachten op de anderen reed er juist iemand weg aan de overkant van de straat en Kurt haastte zich naar die lege plaats om deze vrij te houden voor iemand van de volgers. Iemand maakte aanstalten om de parking plaats in te rijden en op dat moment maakte Kurt aanstalten om te beginnen spelen op zijn pipes waardoor de auto terug verder reed. Enkele ogenblikken later liet Stuart Kurt weten dat iedereen blijkbaar een parkeerplaatsje had gevonden zodat we samen maar naar de ingang van de begraafplaats wandelden.








De vroegere begraafplaats rondom de Sint-Willibrorduskerk werd wegens plaatsgebrek vanaf 1829 uitgebreid. Vanaf 1878 werd uitgekeken naar een nieuwe locatie. In 1883 werd grond aangekocht en een nieuwe begraafplaats geopend op de hoek van de steenweg naar Wilrijk (Koninklijkelaan) en de oude baan naar Mechelen (Floraliënlaan), de begraafplaats werd vervolgens uitgebreid in 1886, 1921 en 1933. De begraafplaats is de laatste rustplaats van vele bekende Antwerpse families, politici en kunstenaars. Verspreid over het terrein liggen dan ook vele monumentale en waardevolle grafmonumenten. Op perk 22 werd een ereperk voor gesneuvelden van de Eerste Wereldoorlog aangelegd, bij het perk hoort een plastisch beeldhouwwerk van beeldhouwer Alfons De Cuyper (1877-1954).

We wandelden de mooi onderhouden begraafplaats op langsheen een van de paden en zouden eerst een kijkje gaan nemen bij de drie CWG's die we terugvonden aan de rechter zijde op de begraafplaats. Antwerpen was de zetel van de Belgische regering van 17 augustus - 7 oktober 1914. Tegen het einde van augustus was de stad een van de sterke posities op de geallieerde linker flank, en tegen het midden van september, een positie van cruciaal belang. Het werd verdedigd door fort troepen en het grootste deel van het Belgische Veldleger. Op 27 september belegerden de Duitsers Antwerpen en tijdens de eerste week van oktober speelde de Royal Naval Division een cruciale rol in haar verweerschrift. Op 9 oktober, voordat andere Britse en Franse eenheden ter versterkingen kon komen, werden de laatste forten onhoudbaar en de laatste verdedigers van de stad trokken zich samen met andere delen van het Belgische leger en de Royal Naval Division terug. Vanaf 10 oktober 1914 tot de Wapenstilstand, was de stad in Duitse handen. Drie mariniers die in de verdediging van Antwerpen overleden vonden hier hun laatste rustplaats.





Private Alfred Geard. 
Service number PO/10254. (RFR/B/375). Portsmouth Bn. R.N. Div. Royal Marine Light Infantry. Gesneuveld 8 oktober 1914. Plot 31 Graf 3.


Private William Frederick Forse. 
Service number CH/10394. (RMR/B/1221). Chatham Bn. R.N. Div. Royal Marine Light Infantry. Gesneuveld 8 oktober 1914, 39 jaar. Plot 31 Graf 1.


Lance Corporal Arthur Adams. 
Service number CH/5285. (RMR/B/420). Chatham Bn. R.N. Div. Royal Marine Light Infantry. Gesneuveld 8 oktober 1914, 42 jaar. Plot 31 Graf 1.



We namen enkele foto's van hun laatste rustplaats voor ons archief het gezicht achter de steen en wandelden langzaam verder naar het meer centraler gelegen Ere-perk voor de Belgische gesneuvelden uit WO1. Het ereperk voor de slachtoffers van beide wereldoorlogen is een rechthoekig, met gras begroeid perk omzoomd door een taxus haag, met in het midden van het perk een vlaggenstok met Belgische vlag. Het perk is toegankelijk langs een gekasseid pad waartegenover een hardstenen monument is opgesteld, gesigneerd door Alfons De Cuyper. Dit monument is opgebouwd rond een centrale, treurende vrouwenfiguur met een gesneuvelde soldaat in de armen. De soldaat houdt iets in zijn rechterhand en zijn helm ligt op de grond. Op het voetstuk van het monument zijn diverse ovalen herinneringsmedaillons van graniet (huldigingen, organisaties…) aangebracht van de Koninklijke Soldatenbond. Flankerende gedenkplaten vermelden de namen van gesneuvelden. Het geheel is gevat in een opengewerkte hardstenen wand met art-deco-inslag, met bovenaan het opschrift "Berchem aan zijn kinderen gedenk hun roemrijke dagen" en midden in de tekstbalk een gestileerd kruis met stralen. Op de flankerende pijlers links is 1914 te zien met tussen de cijfers de afbeelding van een zwaard en rechts 1918 met bladertakken; boven de namen van de gesneuvelden werden afbeeldingen van rouwkransen aangebracht. De zerken met officiële nationale stèles in natuursteen (gebogen grafzerken) en enkele exemplaren in granito, staan opgesteld tegen de vier zijden van de taxushaag.

We wandelden langzaam het Ere-perk op en gingen langs bij elk graf om er even bij stil te staan. Stuart had hier niet veel namen voor zijn lijstje kunnen vinden maar ging toch meteen aan het werk. Opmerkelijk hier vonden we dat de gebroers Hellings hier samen werden begraven. Soldaat Tweede Klasse Charles Hellings die diende in het 4de Linieregiment sneuvelde op 10 oktober 1914, hij was 31 jaar. Zijn broer Soldaat Tweede Klasse Alphonse Auguste Caroline Hellings die diende in het 7de Linieregiment sneuvelde door obusscherven in de hartstreek op 26 juni 1918, hij was 32 jaar. Toen niet veel later Stuart klaar was met het afwerken van zijn lijstje besloten we om eerst eens verderop de begraafplaats een kijkje te gaan nemen op een ander, iets moderner, Ere-perk voor slachtoffers van WO2.









Soldaat Alphonse Louis Engelen. 
Stamnummer 135/48394. 1ste Grenadiers. 
Gesneuveld op 13 september 1914, 29 jaar.  


Luitenant Betaalmeester Joseph Charles Bernard Bernaert. 
Stamnummer 151/16646. 1ste Artillerie. 
Hij stierf aan de gevolgen van een ziekte in het Veldhospitaal Cabour in Adinkerke 
op 25 oktober 1918. Hij werd 38 jaar. 


Luitenant (R) Betaalmeester Victor François Henri De Clercq. 
Stamnummer 197/1750. Administratieve Diensten. 
Stierf aan een ziekte op 24 juli 1917 in het Hospitaal Roi Albert in Parijs. 
Hij werd 36 jaar.


Korporaal Henri Claire Edouard François Verbruggen. 
Stamnummer 115/1946. 15de Linieregiment. 
Gesneuveld door obusscherven op 13 januari 1918 in de buurt van Ramskapelle. 
Hij werd 22 jaar.


Onderluitenant Hubert Joseph Charles Hassebroucq. 
Stamnummer 15728. 3de Linieregiment. 
Sneuvelde aan zijn verwondingen op 24 september 1914 
in het Provinciaal Hospitaal van Antwerpen. Hij werd 25 jaar.


De Broers

Soldaat Tweede Klasse Charles Hellings. 
Stamnummer 104/51577. 4de Linieregiment. 
Gesneuveld 10 oktober 1914, 31 jaar.
Soldaat Tweede Klasse Alphonse Auguste Caroline Hellings. 
Stamnummer 107/62250. 7de Linieregiment. 
Gesneuveld door busscherven in de hartstreek op 26 juni 1918, 32 jaar.


Bijna op het einde van de begraafplaat vonden we een Ere-perk met allemaal bomen, zilverberken, Die heel dicht tegen elkaar stonden. Bij elke boom stond een naambordje en de datum van overlijden. Het was iets speciaals en Kurt vond het niet mooi ogen, het idee was prachtig, ieder slachtoffer had zijn eigen boom maar ze stonden veel te dicht tegen elkaar vond hij. Hij liet zich dan ook ontvallen wat de ontwerpers er waarschijnlijk geen rekening mee hadden gehouden dat bomen groeien. Binnen een 10-tal jaar zou men het gaan beseffen volgens hem want de boompjes stonden maar 80 centimeter van elkaar. We namen er enkele foto's van en wandelden terug naar het Ere-perk voor de slachtoffers van WW1 om niet veel later in het midden er onze PRWWI tunes te spelen.








De klanken van Flower of Scotland en Amazing Grace dwaalden over de begraafplaats heen en op deze manier brachten wij hulde aan de slachtoffers die hier waren begraven. Nadien besloten we om hier bij het monument in het midden van het Ere-perk eerst de groepsfoto te nemen. Na het gezamenlijke moment waarop iedereen zijn borst introk en buik vooruit stak om het 'lampeke' in de gaten te houden, werden we hier vereeuwigd. Kort daarna legden we onze pipes op de taxushaag en was het tijd voor het PRWWI In Remembrance kruisje. Lang dienden we niet te zoeken naar een plaatsje om dat te doen en Stuart plantte dit plechtig neer bij het centrale monument op het Ere-perk onder het geklik van de verschillende camera's van onze volgers.
















We wandelden terug naar de uitgang van de begraafplaats en merkten op dat onze volgers een ietsje achter begonnen te geraken op onze weg. Het was inderdaad een lange zware dag maar moesten toch nog 1 grotere begraafplaats bezoeken, de laatste voor vandaag. Bij de auto aangekomen werd er eerst nog een slokje gedronken alvorens onze spullen in te laden en ons klaar te maken om te vertrekken naar het Schoonselhof Cemetery. We verlieten Berchem Communal Cemetery om 16.55u voor een rit van een klein kwartiertje. Bij aankomst bij het Schoonselhof Cemetery bleken al onze volgers ineens voor een tijdje spoorloos verdwenen te zijn. Volgens Kurt liepen we ook serieus uit op ons tijdschema en was dit allemaal de schuld van Daphné. Zij arriveerde bijna overal te laat en daardoor dienden wij overal te moeten wachten.




Toen uiteindelijk het kleine blauwe autootje was gearriveerd konden we vertrekken en wandelden de mooie ingang van de begraafplaats door om vervolgens langs een lang pad naar de Ere-perken te wandelen waar de militaire graven zich bevonden. Met Patrick en Kurt op kop van onze vrij lange stoet pipers en volgers wandelden we voorbij het kasteel verder naar de militaire perken. Iedereen was het erover eens dat dit wel echt een pareltje was onder de vele begraafplaatsen die we tijdens onze verschillende tochten reeds hadden bezocht. Veel groen, een mooi stukje natuur wat de rust en stilte volledig tot zijn recht deden komen.









Het Schoonselhof is het domein waar zich de stedelijke begraafplaats van de stad Antwerpen bevindt die is ingericht als parkbegraafplaats. Een wandeling op Schoonselhof toont een verscheidenheid aan ingerichte parken, zoals een onderhouden park met bloemperken en fraaie monumenten; een park met scheefgezakte, onleesbare en bemoste zerken en oude lindebomen; een park geflankeerd door het donker beukenbos en grafmonumenten waar ontwerpers zeer creatief te werk gingen. Het ligt op het grondgebied van de districten Hoboken en Wilrijk. In 1911 kocht de stad Antwerpen, op initiatief van de Schepen van Cultuur, Frans van Kuyck, het landgoed Schoonselhof om het als begraafplaats in te richten. De officiële opening vond plaats op 1 september 1921. In 1936 werd het oude Kielkerkhof gesloten en in 1938 werden een groot aantal monumenten van deze begraafplaats overgebracht naar het Schoonselhof. De omgeving van het kasteel werd in 1943 al beschermd als landschap. In 1992 werden het kasteel en neerhof beschermd als monument en begin augustus 2007 werd de begraafplaats Schoonselhof door minister Dirk Van Mechelen beschermd.

Na een redelijke wandeling arriveerden we bij de verschillende militaire perken en daar dienden we goed uit te kijken want hoewel de Ere-perken afzonderlijk van elkaar liggen, lagen de slachtoffers van WO1 en WO2 naast elkaar. We passeerden verschillende monumenten voor slachtoffers uit WO2 toen we niet veel later uiteindelijk arriveerden bij de verschillende slachtoffers uit WO1. We passeerden langsheen het BIBO-perk, (Belgen In Ballingschap Overleden), het perk waar enkele Russen lagen begraven, iets verder Italianen, Fransen, nog verder 2 onbekende Portugezen, om te eindigen in het Belgische militaire Ere-perk dat naast het CWG's lag. Het was bijna niet te vatten, al die slachtoffers, het waren er zoveel.

























Stan Dimi Georghe. 
Hij stierf als krijgsgevangene op 5 februari 1918. 
Hij rust als enige Roemeen tussen de Portugese en Russische slachtoffers.




Stuart begon direct met het verwerken van zijn lange lijstje terwijl onze volgers allen over de begraafplaats wandelden en in gedachten verzonken waren bij het zien van de verschillende jonge slachtoffers die hier lagen begraven. Kurt die iets verderop liep ontdekte precies een leeg perk aan de zijkant van de begraafplaats naast de andere militaire perken. Nader onderzoek liet ons weten dat dit voorheen het perk was geweest met de Duitse slachtoffers maar het werd ontruimd waarvan de stoffelijke resten werden gerepatrieerd naar de Duitse militaire begraafplaatsen van Lommel (WW2 slachtoffers) en Vladslo (WO1 slachtoffers).









Op een gegeven moment toen Stuart nog steeds druk in de weer was met het tellen van de vele zerkjes waarvan hij er enkelen voor ons archief een gezicht achter de steen wou geven, leek het of onze volgers hadden ineens geen interesse meer in het project. Iedereen stond naar boven te turen, wezen iets aan en lachten. Patrick stond zelfs op een gegeven moment met zijn camera in de hand een rondedans te doen rond een oude boom. We begrepen het niet maar niet veel later kregen we in de gaten dat ze enkele spelende eekhoorntjes waren aan het spotten. Die snelle spelende diertjes waren dus niet makkelijk te fotograferen en we lachten bij het zien hoe onze volgfotografen stonden te stuntelen op het perfecte shot te nemen van zo'n diertje.

















Toen Stuart uiteindelijk rond was met het afwerken van zijn lijstje wenkte hij Alec, Serge en Kurt dat het tijd was om onze PRWWI tunes te spelen. Onze volgfotografen waren nog druk in de weer met eekhoorntjes te pesten terwijl wij ons klaarmaakten en met onze pipes naar het midden bij de Belgische vlaggenmast trokken om te spelen. Toen de fotografen in de gaten kregen dat we gingen beginnen kregen de spelende eekhoorntjes eindelijk rust en haasten ze zich met hun camera's in onze richting. Flower of Scotland gevolgd door een kleine stilte waarna we Amazing Grace speelden klonken heel mooi hier in dat prachtige stukje natuur en tussen de vele slachtoffers van beide wereldoorlogen.

Private JH Lawrence. 
Service number CH/8110. Chatham Bn. R.N. Div. Royal Marine Light Infantry. 
Gesneuveld 6 oktober 1914. Hij kreeg een Special Memorial in Plot IIa Graf 89a. 

Private William Latham. 
Service number 358116. 1st/10th Bn. The King’s (Liverpool Regiment). 
Stierf op 24 juni 1919 aan de gevolgen van gas. 
Hij werd 31 jaar. Plot IIa Graf 64.

Soldaat Tweede Klasse Theophile Lauwers. 
Stamnummer 112/55582. 12de Linieregiment. 
Hij stierf aan Tyfus in het krijgsgevangene kamp Altengrabow (D) op 2 november 1915, 24 jaar. 
Hij werd in 1926 overgebracht naar het BIBO Ereperk (Belgen in Ballingschap Overleden).

Soldaat Tweede Klasse Alexander Franck. 
Verdere info vind je hier http://www.hetstillepand.be/franck.html
Hij werd op 23 september 1915 door de Duitsers gefusilleerd in Brussel. 

Luitenant-Generaal Alphonse Cabra. 
Bij zijn graf (Plot L Rij 32 Graf 16) een woordje uitleg. 
Via deze link iets meer, weliswaar in het Frans, https://fr.wikipedia.org/wiki/Alphonse_Cabra.

Ja Olieslager. 
Bij zijn graf (Rij 33 Graf 8) vonden we wat meer informatie over hem en zijn broers terug. 
Het uitgebreide verhaal vind je hier https://nl.wikipedia.org/wiki/Jan_Olieslagers.

Soldaat Tweede Klasse Henri Joseph Raekelboom. 
Stamnummer 197/16672. Administratieve Troepen. 
Overleden aan Tyfus op 10 januari 1915, 22 jaar. Plot L Rij 27 Graf 11.

Soldaat Eerste Klasse Pierre François Daems. 
Stamnummer 138/222. 2de Karabiniers Wielrijders. 
Gesneuveld 26 februari 1918 door een kogel in de borst. Hij werd 27 jaar. 
Plot L Rij 25 Graf 19.

Soldaat Tweede Klasse Jean Haens. 
Stamnummer 153/6893(132). 3de Artillerie. 
Gesneuveld na een ongeval met een obus op 20 september 1918, 31 jaar. 
Plot L Rij 4 Graf 15.
Zijn tweelingbroer stierf de dag voordien aan de griep. 
Soldaat Tweede Klasse Leopold Haens. 
Stamnummer 14327. Hulpopleidinscentrum Artillerie. 
Gestorven 19 september 1918, 31 jaar. 
Hij rust op de begraafplaats in Gisors (Rouen, Frankrijk). 

Soldaat Tweede Klasse Auguste Leonard Backeljau. 
Stamnummer 106/70501. 6de Linieregiment. 
Hij stierf in het Hospitaal in Rosendael (F) op 8 november 1918, 28 jaar. 

Soldaat Tweede Klasse Pierre Vincent Wright. 
Stamnummer 133/1844. 3de Karabiniers. 
Gesneuveld nabij Oostnieuwkerke op 14 oktober 1918, 21 jaar. 
Plot L Rij 27 Graf 27.

Soldaat Tweede Klasse Emiel Julien Vangreveling. 
Stamnummer 194/1479/(16546). 6de Vervoerkorps. 
Gestorven aan griep en longontsteking op 19 februari 1919, 34 jaar. 
Hij liet een vrouw en 4 kinderen na. Plot L Rij 15 Graf 3. 

Soldaat Tweede Klasse Jean Jules Angelique Delaet. 
Stamnummer 119/366. 19de Linieregiment. 
Gesneuveld aan griep en longontsteking op 10 december 1918, 26 jaar. 
Plot L Rij 1 Graf 29.

Soldaat Tweede Klasse Pierre Robert De Waele. 
Stamnummer 102/(?). 2de Linieregiment. 
Gesneuveld op 3 oktober 1914, 19 jaar. 
Plot L Rij 7 Graf 6.

Soldaat Tweede Klasse Jean Baptiste Vlaminck. 
Stamnummer 114/251. 14de Linieregiment.
Hij werd geboren op 7 juni 1888 in Rumst en woonde in Duffel. 
Hij stierf aan een grieperige pneumonie op 1 december 1918, 30 jaar. 
Plot L Rij 13 Graf 8. 

Tweede Kapitein Alphonse Hubert Calle. 
Stamnummer 3726. Cie des détachements du G.S.T.A.G. 
Gestorven in Calais aan de gevolgen van een ziekte op 23 februari 1917, 56 jaar. 
Plot L Rij 27 Graf 20.

Soldaat Tweede Klasse Cornelius Reynaerts. 
Stamnummer 135/48213. 1ste Grenadiers. 
Gesneuveld in Veurne op 24 oktober 1914, 24 jaar. Plot L Rij 36 Graf 7.

De Broers Baetes
Soldaat Tweede Klasse Corneille Baetes. 
Stamnummer 124/1589. 24ste Linieregiment. 
Hij was diamantslijper van beroep. 
Gesneuveld aan zijn verwondingen in het Veldhospitaal van Hoogstade op 18 april 1918, 23 jaar. 
Plot L Rij 23 Graf 25.
Soldaat Tweede Klasse Jacques Baetes. 
Stamnummer 110/65364/(10201). 10de Linieregiment. 
Hij was electricien. Gesneuveld in Hansbeke op 22 oktober 1918, 19 jaar. 
Plot L Rij 23 Graf 26.

Soldaat Tweede Klasse Laurent Romanus Van Damme. 
Stamnummer 7187/15309 (?). Zware Artillerie Brigade. 
Hij stierf in het Militair Hospitaal in Antwerpen op 21 februari 1919, 28 jaar. 
Plot L Rij 15 Graf 1.

De broers Schulte.
Onderluitenant Frederic Louis Armand Schulte. Stamnummer 7295/(56280).
En Sergeant Jean Jacques Schulte. Stamnummer 112/61553.
Ze zaten beide bij het 12de Linieregiment. Ze sneuvelden beide nabij Moorslede,
Frederic op 13 oktober 1918 en Jean op 14 oktober 1918. Frederic werd 26 jaar, Jean 21 jaar.
Ze rusten nu broederlijk naast elkaar in Plot L Rij 14 Graven 16 & 17.

Korporaal Vlieger Michel François Coenen. 
Stamnummer 183/2886/881(109/76334). Militaire Luchtvaart / 3 Groep / 1ste Smaldeel. 
Gestorven toen hij neerstortte bij het opstijgen op 5 mei 1919, 22 jaar. Plot L Rij 3 Graf 8.

Soldaat Tweede Klasse Gaston Arthur Guidon Compernolle. 
Stamnummer 124/54206. 24ste Linieregiment. 
Gesneuveld aan zijn verwondingen in het Sint Camillus Hospitaal op 15 september 1914. 
Hij werd 27 jaar. Plot L Rij 5 Graf 29.

Onderluitenant Victor Van de Velde. 
Stamnummer 16242/(56766). 9de Linieregiment. 
Gesneuveld aan zijn verwondingen op 7 oktober 1914, 21 jaar. 
Plot L Rij 8 Graf 28. 

Onderluitenant Maurice Charles François Büker dit Schürmann. 
Stamnummer 15619. 6de Linieregiment. 
Gesneuveld aan zijn verwondingen in het Militair Hospitaal aan de Marialaan 
op 16 oktober 1914, 22 jaar. Plot L Rij 11 Graf 22. 

Kapitein Commandant Pierre Henri Boeykens. 
Stamnummer 12731. 4de Linieregiment. 
Hij sneuvelde aan zijn verwondingen door een schotwonde in het hoofd 
op 27 december 1914 in het Duits Vestinghospitaal in Antwerpen. 
Hij werd 44 jaar. Plot L Rij 13 Graf 27.

Soldaat Tweede Klasse Antoine Bomjo. 
Stamnummer 135/51621. 1ste Grenadiers. 
Gesneuveld op 4 februari 1915. Plot L Rij 13 Graf 24.

Luitenant Rudolf Albert Hulle. 
Stamnummer 14568. Administratieve Diensten. 
Gestorven in het Sint Elisabeth Hospitaal aan longtuberculose op 16 oktober 1915, 36 jaar. 
Plot L Rij 13 Graf 20.










Na het spelen van onze PRWWI tunes besloten we om eerst de groepsfoto te nemen omdat onze lange maar mooie tocht zo stilletjes aan zijn tol begon te eisen, iedereen begon een beetje moe te worden. De groepsfoto werd genomen op de plaats waar we onze PRWWI tunes hadden gespeeld met de verschillende graven op de achtergrond waarna Kurt en Stuart even overlegde waar we het PRWWI In Remembrance kruisje zouden gaan plaatsen. Een klein overleg bracht ons bij het idee om het bij een klein monument dat tussen de Belgische en CWG's stond ter herinnering aan de vele slachtoffers uit WO1. Niet veel later plantte Alec het PRWWI In Remembrance kruisje plechtig bij het kleine monument en hadden we op onze manier ook hier hulde gebracht aan de vele slachtoffers die hier zijn begraven.








Onze tocht zat er bijna op, het was een lange en vermoeiende zodat Suzy ineens de pipemobiel introduceerde. De pipemobiel? Inderdaad de pipemobiel. De kleine Siobhàn had haar buggy afgestaan en Suzy werd bevorderd tot chauffeur van de pipemobiel. Siobhàn vond dat niet zo heel erg want zij mocht lekker bij de papa op de arm zitten om de lange wandeling naar de uitgang te maken. Op onze weg passeerden we ook nog even langs een ander perk dat was opgericht voor oudstrijders waar onze volgfotografen ineens de bloesem van de bomen begonnen te fotograferen. Gelukkig hadden we Patrick die ons bezoek daar kon vereeuwigen. We wandelden niet veel later verder naar de uitgang en terug met Patrick en Kurt op kop ging het vrij snel op weg naar de auto.











Onder weg hielden ze even halt en toen Stuart hen passeerden liet die hen weten dat hij niet ging stoppen, Stuart was dood op en stond op automatische piloot. Patrick en Kurt lachten en trokken ook mee verder naar de uitgang van de begraafplaats. Bij de auto gekomen was iedereen blij dat we het gehaald hadden en borgen we eerst al onze spullen en pipes op om niet veel later Patrick zijn 2 soorten 'dram' te verwelkomen. Voor vandaag had hij gezorgd voor een Ierse whiskey,The Dubliner en een Schotse whisky, Glen Moray welke overheerlijk waren na onze vermoeiende tocht. Heel erg bedankt Patrick. Onder het toasten en drinken van onze dram werd er nog wat nagepraat over de voorbije tocht, het was een lange, vermoeiende maar heel mooie tocht geweest die zeker de moeite waard was.






Niet veel later namen onze verschillende volgers afscheid en vertrokken stilletjes huiswaarts zodat ook wij dat deden enkele ogenblikken later. Iedereen bedankt om er vandaag weer bij te zijn, Alec en Serge bedankt om ons muzikaal mee te begeleiden, Suzy merci voor de goede zorgen van onze pipes de ganse tocht, Daphné, Fairley, Siobhàn, Danielle, Patrick, Jeroen, Charles, Ian en Lydia eveneens bedankt voor de gezelligheid. We verlieten Schoonselhof Cemetery om 19.05u voor een lange tocht naar het thuisfront waar we na een lekkere douche en een warme chocomelk niet veel later indommelden in de zetel om vervolgens wat later naar bed te trekken.

Groeten Stuart en Kurt